Anne-Fays Reaspora maakt voelbaar hoe het slavernijverleden nog steeds in onze generaties doorettert


Ooit komt het wel goed met de diversiteit van het theater en het publiek dat erop afkomt. Donderdag 16 februari zat ik in het Haagse Theater aan het Spui in een zaal die gemiddeld 50 jaar jonger was dan het gemiddelde toneelpubliek en ook nog eens alle kleuren van de regenboog had.

U raad het al: jongerentheater. Het theater waar diversiteit al jaren nauwelijks een probleem meer is. Dit keer kwam het van DOX, de in de jaren negentig in Utrecht opgerichte club die begon met jongeren uit Kanaleneiland te laten dansen op Tsjaikovski, en nu gewoon een urban stroming op zichzelf is geworden. Rea’s Diaspora heet het theaterconcert, en de volle zaal – een schoolklas of twee helpt natuurlijk – kon op het toneel getuige zijn van een gedeeld verhaal. Met lekkere muziek en goede beelden. Plus een vleugje Bodil de la Parra.

Vier werelddelen

Dat gedeelde verhaal is wat koloniaal Nederland zichzelf heeft toebedeeld door mensen uit alle andere delen van de wereld te ontdoen van hun menselijkheid en in slavernij onder te brengen op plantages in Suriname. Zangeres Anne-Fay Kops heeft voorouders uit vier werelddelen: Azië, Afrika, Latijns-Amerika en Europa. Ze verenigt in haar roots, zoals ze zelf kernachtig vertelt, de slachtoffers en de schuldigen van de geschiedenis.

Anne-Fay’s moeder is zwart, aan vaderskant zitten Nederlandse en Chinese wortels, en dat leidt ertoe dat Anne-Fay zelf een witte huid en zwarte vormen heeft, zoals ze zelf zegt. Dat blijkt lastig, vooral in een wereld waarin uiterlijk en identiteitsdenken een nogal ongemakkelijk huwelijk zijn aangegaan. Is ze te licht om solidair te mogen zijn met Black Lives Matter en te Afrikaans van vorm om door witte Nederlanders niet racistisch bejegend te worden?

Ghanese moeder

In een programma dat vooral bestaat uit zacht swingende songs, door haar broer Roy Kops geschoten filmbeelden van de reis die ze maakte naar Afrika en Suriname, en korte verhalen over haar verscheurde afkomst, focust Anne-Fay vooral op haar moeder. Die vrouw, met Ghanese roots en een langdurig slavernijverleden in de familie, heeft het racisme dat haar in Nederland ten deel viel altijd genegeerd of ten hoogste lijdzaam ondergaan.

Als witte dochter van een zwarte vrouw zag en voelde Anne-Fay dat racisme wel, en het maakte haar boos en opstandig. Inmiddels heeft ze voor zichzelf een vorm gevonden om ermee om te gaan. Dit programma is bedoeld voor mensen als haar moeder, die nog steeds in stilte hun dagelijkse vernedering ondergaan. Of diegenen die nog steeds, al dan niet bewust, racistisch denken of praten.

Engels

En dat die vernedering er is, maakt Anne-Fay in een paar scherpe observaties duidelijk. Hierin is zeker ook de hand van mede-schrijver Bodil de la Parra merkbaar. Zij geeft een edge aan de soms wel erg ingetogen liedjes in deze voorstelling.

Overtuigend is het wel, en het veelkleurige publiek, van jong tot oud, onderschreef dat met een warm applaus.

Het enige minpunt was wat mij betreft het feit dat de songteksten in het Engels waren. Een volledig Nederlandstalig programma had nog meer betekenis overgebracht.

De voorstelling Anne Fays Diaspora is nog te zien. Het album kun je vinden op spotify

Blij mee? Doe me een donatie!
Become a patron at Patreon!

Wil je hulp bij het schrijven, of gewoon een keer advies over je project? Stuur me een mailtje.