Zelfs de grootste optimist had niet op dit bedrag durven rekenen, dus voor een pessimist als ondergetekende is het nogal een verrassing. Maar het staat er dus echt: 700 miljoen voor cultuur. Het geld komt in de vorm van een specifieke steunmaatregel van 482 miljoen, waarin ook 14 miljoen is gereserveerd voor de instellingen die bij het Fonds Podiumkunsten onder de zaaglijn vielen (wel voldoende kwaliteit, geen budget). Daarnaast deelt de kunst ook mee in alle andere steunmaatregelen voor individuele ondernemers en lokale overheden, waardoor het bij elkaar 700 miljoen wordt. 100 miljoen meer dan de opgeteld 600 miljoen van het vorige pakket.
Ook een flink bedrag is gereserveerd voor het varend erfgoed en voor musea. De 452 miljoen komt bovenop de steun die in andere steunpakketten al ten goede komt, waarmee dus, sinds de eerste steunmaatregelen van dit voorjaar, bijna anderhalf miljard specifieke steun is geregeld. Wat verhoudingsgewijs aanzienlijk meer is dan dan in onze buurlanden.
Curieus is wel de 14 miljoen voor de zaaglijnslachtoffers bij de fondsen: daar zou minimaal 14 miljoen per jaar voor nodig zijn, maar wordt nu slechts een half jaar overbrugging van betaald. Dat kan op twee dingen wijzen: overbrugging naar de hel, want vooral bedoeld voor afvloeiing en uitkoop, of overbrugging naar een nieuw normaal, waarin de zaaglijnslechtoffers weer gewoon meedoen. Dat zou betekenen dat de cultuurbegroting met dat bedrag verhoogd zou kunnen gaan worden. Dat is helaas nog niet duidelijk geworden uit de uitgelekte prinsjesdagstukken.
Volgt hier de integrale tekst van het nieuwsbericht:
Het kabinet trekt bovenop de algemene steunmaatregelen 482 miljoen euro extra uit voor de culturele sector. De culturele en creatieve sector kan ook een beroep doen op de algemene steunmaatregelen, zodat er naar verwachting ruim 700 miljoen beschikbaar is voor cultuur. De coronacrisis is nog niet voorbij. Culturele instellingen hebben het moeilijk. Het publiek kan nog niet in grote getalen ontvangen worden, veel voorstellingen zijn afgelast en veel makers zitten zonder werk. Tegelijkertijd lopen de kosten van veel bedrijven en zelfstandigen door. De steun van de afgelopen maanden wordt daarom doorgezet.
Het nieuwe steunpakket voor cultuur komt bovenop de algemene steunmaatregelen voor de eerste helft van 2021 zoals de tegemoetkoming vaste lasten (TVL), loonsubsidie (NOW) en de inkomensondersteuning voor zzp’ers (TOZO).
De steun is in het belang van werkgelegenheid in deze sector en zorgt dat culturele instellingen verder kunnen investeren in creatieve en innovatieve ideeën. Want ook na de coronacrisis wil het kabinet dat er een sterke culturele en creatieve sector staat. Deze sector levert ook een forse bijdrage aan een gunstig economisch vestigingsklimaat in Nederland.
Minister Van Engelshoven van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap: “De culturele en creatieve sector is juist in deze crisistijd onmisbaar. Een sector die het leven mooier maakt, mensen verbindt en verrast en die aan heel veel mensen werkgelegenheid en inkomen biedt. Creativiteit is nodig om een uitweg te vinden uit de beperkingen die we onszelf moeten opleggen. Dat zie je ook aan de vele initiatieven die zijn ontstaan om voorstellingen, exposities en allerlei andere creatieve ideeën voor publiek mogelijk te maken op anderhalve meter. Ik heb daar grote waardering voor. Maar we zijn er helaas nog niet, daarom is deze steun ook zo belangrijk.”
Bovengemiddeld geraakt
De culturele en creatieve sector wordt bovengemiddeld geraakt door de coronacrisis. Daar waar het Bruto Binnenlands Product als geheel in het tweede kwartaal op jaarbasis met 8,5% is gedaald, heeft het CBS berekend dat de productie in de bedrijfstak cultuur, recreatie en overige diensten in diezelfde periode met 37,4% is gedaald. Net als andere sectoren zal de culturele en creatieve sector zich moeten aanpassen, maar het kabinet wil niet laten gebeuren dat er grote gaten in de sector vallen. Met het steunpakket kan de culturele sector het hoofd boven water houden en verder innoveren op weg naar een wendbaar en weerbaar cultureel klimaat.
Globale verdeling
De verdeling van het aanvullend pakket is globaal als volgt:
- € 200 miljoen is bedoeld voor een vervolg van het eerdere steunpakket cultuur tot 1 juli 2021. Deze middelen gaan naar culturele instellingen die van cruciaal belang zijn voor de landelijke infrastructuur, maar ook naar kunstenaars en creatieve professionals; de exacte invulling van de € 200 miljoen wordt komende periode uitgewerkt;
- € 14 miljoen komt beschikbaar voor een half jaar overbrugging voor instellingen met een positieve beoordeling voor de BIS en meerjarige fondssubsidies, waarvoor geen budget beschikbaar was;
- € 20 miljoen wordt beschikbaar gesteld voor het behoud van private musea en kunstcollecties van nationaal belang;
- € 15 miljoen komt, met inzet van het ministerie van EZK, beschikbaar voor behoud van het varend erfgoed (de zgn. bruine vloot);
- € 15 miljoen wordt beschikbaar gesteld voor een garantiefonds voor filmproducties en het opstarten van pilots om wendbaarheid en weerbaarheid van de sector te vergroten;
- € 150 miljoen stelt gemeenten in staat om de cruciale lokale culturele infrastructuur te ondersteunen. Dit is naast de € 68 miljoen die beschikbaar komt voor de schade die gemeenten en provincies hebben opgelopen.
Het bericht Kabinet komt met 700 miljoen voor cultuur (en lost – tijdelijk – het probleem voor het Fonds Podiumkunsten op) verscheen eerst op Cultuurpers.
Ditr bericht verscheen oorspronkelijk op Cultuurpers.