Er staat nogal het een en ander op scherp. Dankzij die patreon-actie. Want daarmee heb ik mezelf gedwongen om van een al jaren zeurende gedachte een concreet plan te maken. En dan schiet je dus opeens in de stress. Want, ja, ik heb materiaal zat. Maar hoe ga ik dat op zo’n manier brengen dat je het ook gaat lezen? Plotseling dacht ik: ik kan dat helemaal niet, zo’n langebaan-verhaal. Geef mij een maximum van 1500 woorden en ik ben er wel klaar mee.
Het schijnt dat meer journalisten daar last van hebben.
Maar goed. Nu moet er dus een afgerond verhaal komen over hoe ik mijn carrière, if any, heb gered door een belachelijk plan te bedenken én uit te voeren. En, terwijl ik deze zin opschrijf, zie ik het: ook dat heb ik uiteindelijk gewoon gedaan. Ik heb eigenlijk nooit dingen gedaan die van tevoren uitgedacht waren. Ik ben altijd maar gewoon begonnen. Om vervolgens wel te zien waar het schip strandt. En nou is dat schip in heel veel gevallen ook gestrand, maar toch, nu ik zo terugkijk…
Er schijnen mensen te zijn die dingen plannen. Ooit woonde ik naast een huis met uitwisselingsstudenten, en een van hen, die Gene Roddenberry persoonlijk had gekend, was aan een toneelwerk bezig waarvoor hij zijn hele muur had ingeruimd. Die hing vol met post-its. Het leek me hel. Ook toen was ik nog van het intuïtieve. Ik had mijn afstudeerscriptie inmiddels al dood moeten plannen, en dat had me uiteindelijk ook nog mijn toenmalige relatie gekost. Ik haatte planners. Ooit meende ik dat mijn buurman die Gene Roddenberry nog persoonlijk had gekend geëindigd was als makelaar in Boston, maar later bleek hij toch gewoon een docent literatuurwetenschap geworden te zijn in Californië.
Dus misschien heeft plannen wel zin.
Sterker nog, in de kamer naast mij wordt door mijn eigen vrouw aan een roman gewerkt. En dat gaat daadwerkelijk volgens een plan. Haar debuutroman ging niet volgens een plan, overigens, maar daar heeft ze dan ook jaren over gedaan. Vandaar dat boek 2 volgens plan gaat. Zij werkt op een Mac en heeft daar het programma Scrivener geïnstalleerd. Een programma om plots en personages te ordenen, verhaallijnen scherp te houden en locaties te checken. Razend populair bij al die zo efficiënte Amerikaanse schrijvers. Maar ik merk aan Suzanne hoe effectief het is.
Ik ben dus ook begonnen aan zo’n project. Omdat ik merk dat plannen nodig is wanneer je meer dan 1500 woorden wil schrijven. Plannen maakt een verhaal niet dood.
Omdat ik al sinds het jaar 2003 op Linux werk, was Scrivener niet mogelijk. Maar kort zoeken leverde me het programma Manuskript op. Gratis, wel zo fijn, en het ziet er prettig handig uit. Met gewoon een scherm dat je direct dwingt om systematisch te denken.
Ik krijg warempel nog meer zin om te schrijven door zo’n programma. Gewoon beginnen bij een ‘What if…’ en dan naar een samenvatting van 50 woorden, daarna een van 200, daarna een van 500, en zo verder.
Voor je het weet, is dat boek er.
Deze tekst is ook als podcast te beluisteren via mijn speciale Patreon-pagina. Kom daar ook bij, want samen kunnen we iets groots tot stand brengen!