Interessante combinatie van activiteiten gisteren. Eerst een repetitie bezocht van ‘Laatste Nachtmerrie‘ het nieuwste stuk van ‘standup filosofe’ Laura van Dolron, en daarna naar ‘I feel a great desire to meet the masses once again‘, de Holland Festival-voorstelling van de in New York woonachtige Libanese theatermaker Walid Raad. De twee voorstellingen staan op een prachtige manier met elkaar in verband. Laura van Dolron neemt op haar onnavolgbare manier de Amerikaanse Neo-Cons op de korrel, terwijl Raad het heeft over het laatste complot van die club: de verdwijningen en unmarked plains van de Amerikaanse War on Terror.
Het doel van beiden is: twijfel zaaien, en ze slagen daar allebei in. Raad doet het door een voorstelling te maken die niet meer behelst dan een powerpoint-presentatie. Het middel is een deel van de boodschap, want was het ook niet een powerpointpresentatie waarmee Minister Powell de VN wist te overtuigen van de noodzaak van een inval in Irak?
We hebben de neiging om Powerpoint tot waarheid te verklaren, is de conclusie, want de presentatie van Raad is net als die van Powell een opeenstapeling van feiten en fictie. Raad heeft geen ander doel dan ons te laten twijfelen aan het belang van dit soort presentaties. Hij vraagt zich af of we nog geroerd moeten worden door dit soort cia-praktijken, of dat dit schouderophalen wat we er ook over doen, misschien wel de beste reactie is.
De twijfel bleef aan het einde, ook bij mijn Amerikaanse buren, die zich tijdens hun jaarlange verblijf als theater-uitwisselingsstudent in Nederland steeds meer zijn gaan schamen voor hun afkomst. Maar ook bij goede kennissen als Abdelkader Benali, die zelf in Libanon was toen daar de Israëlische bommen begonnen te vallen, vorige zomer.
Met een aantal medetoeschouwers ging de discussie eigenlijk meer over de artistieke en esthetische keuzes van Raad, en ziijn gebrek aan humor, dan over de praktijken van de Amerikaaanse geheime diensten. Zo vonden Benali en ik dat Rahib Mroué, de Libanese tovenaarsleerling van Raad, met zijn powerpointvoorstellingen (een Beiroets genre), meer weet over te brengen van de absurditeit van het leven in een wereld in oorlog, dan zijn leermeester Raad.
En wie dat ook goed kan overbrengen is dus Laura van Dolron. Het interview dat ik vrijdagmiddag met haar maakte verschijnt morgen. Uit de repetitie die ik bijwoonde van ‘Laatste nachtmerrie’ werd mij in ieder geval al duidelijk dat Van Dolron een zeldzaam slimme vorm van engagement heeft ontwikkeld. In een door haar geschreven dialoog met een gekooide moslimfundamentalist weet ze moeiteloos de twijfel te zaaien over wat links en rechts goed gevonden moet worden over onze eigen kleine War on Terror. Ze is een maker om in de gaten te houden, zoals collega Simon van den Berg al opmerkte.