Gelukkig heeft Utrecht geen dierentuin
Soms moet je het gewoon toegeven. Dat je wel eens stapje verder
gaat dan achteraf gezien de bedoeling was. ‘Hindsight’ heet dat in goed
Nederlands. Zo schreef ik twee jaar geleden op deze plek dat ik de
volgende keer wel naar de gorilla’s in Blijdorp zou gaan kijken. Ik was
als lekenvesrlaggever 10 dagen ondegedompeld in Springdance ’03 en ik
had het niet naar mijn zin. Zat voorstelling na voorstelling met
dezelfde groep internationale gasten naar niet of nauwelijks bewegende
mensen te kijken. Ik voelde me als leek buitengesloten door hen die
collectief wél iets leken te snappen van het gebodene, en daar werd ik
kribbig van.
Ik bedoel: als theaterrecensent ben ik nog al wat gewend aan
experimentele en grensverleggende kunst, maar hier snapte ik niets meer
van. En dan ga je je hoeder van de kunst voelen. Ga je denken:
‘jongens, jullie vergeten het publiek, het grote publiek waarvoor de
kunst eigenlijk bedoeld is. Pas op!, want voor je het weet pakken de
populisten je je bestaansrecht af.’
Mijn angst voor populisten maakte een populist van me. En dat
is nog tot daar aan toe. Een columnist mag populististische dingen
zeggen, dat hoort zelfs een beetje bij het vak. Een columnist moet
alleen nooit de politiek in gaan.
Zolang je dus je meer of minder rabiate stukjes in de krant
zet, is er niets aan de hand. Draag je bij aan het open debat in de
samenleving. En dat werkte, tót vorige week. Toen ging het mis. In
Rotterdam.
Nu zult u zeggen: Rotterdam, daar hebben wij niets mee te
maken, als Utrechter of Amersfoorter, maar dat klopt dus niet. Niet
alleen komt de opvolger van deze krant op afzienbare tijd voor een
groot deel uit Rotterdam, maar Rotterdam is ook de proeftuin van de
nieuwe politiek. Tot in Amerika, Denemarken en Italië aan toe.
Rotterdam bezuinigt al een paar jaar fors op de kunsten. De
enige redding is tot nog toe gekomen van het streven van de stad naar
meer instroom van hoger opgeleiden. Die krijg je alleen binnen met een
goed kunstklimaat, dus daarom bleven de kortingen tot nu toe beperkt.
Dit jaar zou er zelfs helemaal niet meer gekort worden. Maar dat gaat
de populisten dan weer te ver. De populisten willen namelijk alles wat
ze niet begrijpen, afschaffen of naar het eigen land terugsturen. Ze
willen er hoe dan ook niet voor betalen. En dus bedacht de wethouder
iets slims. De wethouder, één van de weinige Roterdammers die nog wél
meer dan vmbo heeft, heeft Macchiavelli gelezen en weet als CDA-er
bovendien dat de beste alternatieven altijd van de Duivel komen.
Omdat de Maasstad graag dóórbezuinigt in plaats van
opvrolijkt, besluit de wethouder dat die paar miljoen die hij nog moet
bezuinigen dan maar bij de Diergaarde vandaan moeten worden gehaald. Nu
is dat ongeveer hetzelfde als tegen een Roterdammer zeggen dat hij dan
zijn piemeltje maar moet inleveren. En daarmee heeft de wethouder dus
zijn zin. Want wat zegt de Rotterdamse politiek nu? Inderdaad, geheel
volgens de traditie van de gedichtenambulance heeft Leefbaar Rotterdam
al een toffe alliteratie gevonden: ,,Als ik moet kiezen tussen Blijdorp
en Ballet, nou dan weet ik het wel!”
Daarom, geachte lezers, neem ik nu terug wat ik twee jaar geleden over Springdance en gorilla’s heb gezegd.