Will van Kralingen opnieuw in komedie met Peter Tuinman
'Ik ben iemand die voor anderen speelt'
Will van Kralingen is een bijzonder actrice. Gezegend met een vrijwel leeftijdloze uitstraling schakelt ze moeiteloos tussen tragedie en komedie. Nadat ze vorig jaar zowel de zware solo Vrouwen van Picasso speelde, staat ze nu met Peter Tuinman in 'Een tweede kans', een lichte komedie.
Den Haag (GPD)_Dat je iemand van lang geleden terugziet, en dat je dan vergeet dat je in de tussentijd twintig jaar ouder bent geworden. Iedereen die wel eens een schoolreünie heeft meegemaakt, kent dat gevoel. Wellicht komen de kriebels van toen weer terug. Daar kun je best een paar toneelstukken over schrijven. Will van Kralingen en Peter Tuinman staan nu samen in zo'n toneelstuk. Een tweede kans, heet het en het is geschreven door de hier onbekende Britse auteur Derek Benfield. Voor Will van Kralingen en Peter Tuinman is het stuk ook een soort tweede kans. Vorig jaar speelden ze een succesvolle tournee van Slippers, de klassieker van de Britse komediekoning Alan Ayckbourn. Gaan ze nu een vast duo vormen? ,,Nee", zegt Will van Kralingen beslist. ,,Vaste duo's liggen me niet. Maar ik heb wel met meer collega's waarmee ik het goed kon vinden bewust gekozen voor nog een keer. Ik ken Peter natuurlijk al van jaren terug bij het Nationale Toneel. Dat moet in 1991 zijn geweest. Toen deden we ook een Ayckbourn: Between Ourselves. Die was als voorstelling dan wel niet helemaal geslaagd, maar onze samenwerking als collega's beviel buitengewoon. Daarna hebben we vaker samengewerkt, en het hoogtepunt daarvan was natuurlijk Huis en Tuin, ook weer een Ayckbourn. Als mens en als collega kunnen we het goed met elkaar vinden."
,,We zijn maatjes, en zonder dat zou ik niet weten hoe ik de tijd door zou moeten komen op een lange tournee. Soms voel je je een vertegenwoordiger met een koffertje kunst waarmee je de theaters langs gaat. Peter en ik wonen allebei in Den Haag, dus we reizen altijd samen. En Peter is een enorm gezelligheidsdier, dus tijdens Slippers sloten wij elke avond als laatsten de deuren van de schouwburg achter ons. En hoe vaak we ook zeiden: nu gaan we vroeg naar huis, nu maken we het niet gekker meer, het kwam er maar niet van."
{mospagebreak},,Benfield is een voor mij onbekende schrijver. Ik weet dat hij acteur is en schrijver. Ik voel bij het lezen al dat hij van sommige scènes zit te genieten, dat hij het zelf ook zou willen doen. Het stuk, en daar hoef ik niet omheen te draaien, heeft niet heel veel om het lijf, maar het is wel een feest van herkenning. Mensen die ooit veel voor elkaar gevoeld hebben, maar die toch een eigen leven gaan leiden. Benfield heeft daar een verhaal omheen gemaakt waarin we talloze rollen spelen. Het hangt achter het toneel helemaal vol met kostuums."
Maar dat klinkt een beetje als een klucht, toch?
,,Een klucht is het zeker niet. Het is wel cabaretesk. We nemen de oude geliefden, het stel op middelbare leeftijd, heel serieus. Waarom zou je daar flauwekul over maken? Het zijn twee mensen die eigenlijk nog steeds heel veel om elkaar geven. Ze willen onderzoeken of dat nog een kans heeft. De cabareteske momenten zitten in de snelle wisselingen. Dat is ook heel technisch: ritme en timing zijn belangrijk. Daarom hebben we Wannie de Wijn ook gevraagd voor de regie. Dat is een heel erg muzikaal ingestelde jongen. Het is ook spannend om met een nieuwe regisseur te werken. Ik moet tenslotte zo nu en dan ook een beetje opgeschud worden, niet?"
Vind je?
{mospagebreak},,Ik ben iemand die voor anderen speelt. Ik ben te aardig en geef anderen teveel ruimte. Er zijn acteurs die spelen voor zichzelf en die vinden dat rest kan doodvallen. Ik zou daar wel eens een fractie van willen leren. Soms denk ik dat dat aardige van mij mijn rol niet altijd ten goede komt. Ik blijf dan teveel het moederdier dat aangeeft wat ik denk dat de andere persoon nodig heeft om te kunnen floreren. Ik zou daar nog eens een cursus in moeten volgen. Een cursus egoïsme op het toneel. Want dat ken ik niet."
Komediespelen blijf je wel doen?
Vergelijk het ermee dat ik graag in de winter hutspot eet, en in de zomer een frisse sla. Ik zou het graag blijven afwisselen. Het komediespelen wil ik graag verder onderzoeken. Ik weet niet hoe ver ik daarin kan gaan. Ik denk niet dat ik ooit in hele grove vette kluchten zal kunnen spelen. Ik wil kijken hoe leeftijdsloos ik nog lol kan hebben, en dat ik niet ga vastroesten in systeempjes."
,,Vroeger hoopte ik altijd dat ik een tweede Mary Dresselhuijs zou kunnen worden. Wat Mary Dresselhuijs kon, dat heb ik altijd heel erg bewonderd. Dat exacte timen, die fenomenale stem van haar. Dat heeft ze helemaal cadeau gekregen. Vanaf mijn vijftiende ben ik al in de ban van Mary. Ik heb ook altijd haar sjaaltjes willen hebben. Ze liep altijd in van die prachtige sjaaltjes. Altijd als ik haar sprak zei ik: geef mij zo'n sjaaltje. Maar dat wilde ze nooit. Bij de première van Slippers heb ik toen van Petra Laseur, de dochter van Mary Dresselhuijs, twee sjaaltjes gekregen uit de nalatenschap. Ik hoef nu geen prijzen meer te winnen, want ik heb die sjaaltjes al."