Paardenkathedraal overschreeuwt
zichzelf in meedogenloze Revisor
Utrecht
Het mooie van goede satire is dat je
altijd kunt meevoelen met de slachtoffers. De Beatrix van Sanne
Wallis de Vries in Kopspijkers is niet alleen een belachelijke
koningin, maar ook een getroubleerde huismoeder en Owen Schumachers
Frank de Grave gunde je ook gewoon een lolly voor de troost. De goede
satiricus beseft dat zijn slachtoffers mensen zijn, net als zijn
toeschouwers. Nicolaj Gogol was een briljant satiricus, zoals blijkt
uit zijn twee belangrijkste meesterwerken, het toneelstuk De Revisor
uit 1836 en de roman Dode Zielen uit 1842.
Maar een goed geschreven tekst levert
helaas niet altijd een goede voorstelling op. De Revisor, zoals die
nu onder regie van Dirk Tanghe en Paula Bangels bij De
Paardenkathedraal in première is gegaan, is er het droevige
bewijs van.
Aan het stuk ligt het niet. Gogol
schreef een prachtig absurde tekst over een leegloper en uitvreter
die in een achterlijk proviciestadje voor overheidsinspecteur
(revisor) wordt aangezien. Om te voorkomen dat hij hun corrupte
praktijken aan het hof zal verraden, overladen de dorpsnotabelen hem
met steekpenningen. De uitvreter laat het zich smaken en brengt en
passant ook nog de dochter en de vrouw van de burgemeester het hoofd
op hol. Na zijn plotselinge vertrek wordt het dorp opgeschrikt door
de komst van een echte revisor.
Gogol schrijft op dat moment een
prachtig slotbeeld voor. Alle dorpelingen blijven 90 seconden
verstijfd en aan de grond genageld staan, voordat het doek valt.
Waarschijnlijk geïnspireerd op die aanwijzing kozen regisseurs
Tanghe en Bangels voor een leeg toneelbeeld met daarin een overvloed
aan acteurs die zich als marionetten bewegen. Een leger figuranten
doet in opeenvolgende bevroren beelden dienst als achtergrond. Binnen
deze zeer mooie en soms ook effectieve poppenspel-vorm spreken alle
acteurs op een overdreven, geëxalteerde toon met elkaar, en
ontbreekt iedere vorm van inleving. Het is een stijl die bekend is
van De Familie Tót, het stuk dat Tanghe in 2001 regisseerde.
Maar wat in die overtuigende
voorstelling wél aanwezig was, namelijk een voelbare angst
voor een dreigend noodlot, waardoor de personages sympathiek werden,
ontbreekt ten ene male in deze Revisor. Hoe leuk ze het ook doen,
geen van de acteurs slaagt erin om ook maar enig medeleven voor zijn
personage te tonen. Daardoor blijft de lach, die mensen als Bas
Keijzer (Burgemeester) en Thomas de Bres (Nep-revisor) zeker
verdienen, teveel in de klucht hangen. Alleen Herman Bolten is soms
even ontroerend als burgemeestersvrouw. Voor de rest is het vooral
hollen en heel erg hard schreeuwen geblazen in een voorstelling die
zich traag voortsleept ondanks de voor Paardenkathedraal-begrippen
korte duur van drie uur.
De supergemotiveerde acteurs spelen
alsof de duvel hen op de hielen zit, en dat wordt alleen maar erger
naarmate ze minder weten waar het eigenlijk om begonnen is. Want dat
is het grootste manco aan deze voorstelling: het ontbreken van een
helder idee over waar dit stuk over moet gaan. Zo is bijvoorbeeld
totaal onduidelijk waarom de burgemeestersdochter door twee actrices
gespeeld moet worden. Dat Bas Keijzer in een monoloogje aan het eind
zich ook nog even verwijtend op de zaal richt is dan echt te erg
voor woorden. Had de voorstelling inhoudelijk geklopt, was die uitval
niet nodig geweest. Dan hadden we ons de boodschap allang
aangetrokken. Nu kunnen we alleen maar gissen naar waar het in dit
stuk om te doen is. Iets met mediahypes, misschien? Geen idee.
[recensie]Wijbrand Schaap
[ufvoetnoot]De Revisor van Nicolaj
Gogol door De Paardenkathedraal. Regie: Dirk Tanghe en Paula Bangels.
Licht: Uri Rapaport. Met o.a. Bas Keijzer, Lieke Rosa Altink en Thoms
de Bres. Gezien: 21-11, Stadsschouwburg Utrecht. Daar nog: 6 t/m 9
april 2004. Ook nog: 27 februari De Flint Amersfoort. Uitgebreide
tournee t/m 9-4-2004. Overzicht via www.paardenkathedraal.nl