Europa


Vrijdag beslist Europa over de toekomst van ons theater

Aanstaande vrijdag is
een belangrijke dag voor de Europese cultuur. Alle cultuurministers
van de Europese Gemeenschap komen dan onder de Griekse zon bijeen in
Thessaloniki om daar de cultuurparagraaf vast te stellen die deel uit
gaat maken van de nieuwe Europese grondwet. Voor het geval u nog niet
wist: inderdaad wordt er in Europa gewerkt aan een grondwet, die –
als alle internationale verdragen – uiteindelijk nog
belangrijker wordt dan onze eigen grondwet. Maar ja. Aangezien dit
land dankzij de
WijZijnBozeBlokkerKlantenEnDeMediaHeeftHetGedaan-partij een heel jaar
niet is geregeerd, weten we van dat soort buitenlandse dingen
helemaal niets meer. En ondertussen komen er aanstaande vrijdag 14
cultuurministers bij elkaar, en misschien één
cultuurstaatssecretaris. Cees van Leeuwen, onze eigen
LPF-cultuurtrots, mag namelijk nog één keer op
vakantie.

En waar gaan die
cultuurministers het over hebben? Over dingen als subsidie en vrije
markt. Over de vraag of Nederland bijvoorbeeld via
belastingconstructies zijn eigen filmindustrie overeind mag houden.
Die zaak lijkt overigens al geregeld, want in het regeerakkoord van
ons nieuwe kabinet staat er geen woord over. De filmindustrie is dus
al verkocht. Nu de orkesten nog. En de dansers. En het toneel.

Hoewel: voor het toneel
gloort er hoop. In eendrachtige samenwerking met de Association
Internationale des Critiques de Théàtre heeft de Union
des Théàtres de l’Europe een Charte du Théàtre
Européen opgesteld. Juist ja: in het Frans. Niks mis mee, een
prachtig land ook, met veel mooie theaters enzo. Maar toch. Het is
jammer dat zo’n tekst alleen in de taal van het het meest
zelfbewuste Eropese land geleverd wordt. Zoiets ga je niet boven
Nederland als pamflet uitstrooien. Terwijl wat die leden van Europese
Theaterunie produceren misschien wel eens heel erg belangrijk zou
kunnen zijn voor de toekomst van ons gesubsidieerde theater.

En wat stelt dat nu
helemaal voor, zo’n cultuurparagraaf? Een samenvatting:

De diversiteit van de
talen is een meerwaarde voor Europa, die bedreigd wordt door het
streven naar uniformiteit. De vrijheid om eigen emoties en gedachten
te uiten mag niet worden beknot.

Het theater is de
levende bewaarplaats van onze taal.

Overal elders op de
wereld hebben mensen dans, muziek en beeldhouwkunst uitgevonden, maar
alleen in Europa ontond het theater. (Lijkt me een vreemd punt, want
wat moeten we dan met de rijke mondelinge tradities van het Indiase
subcontinent?) In ieder geval moet Europa deze unieke verworvenheid
koesteren.

Zo staan er nog wat
meer of minder holle kreten in het manifest, dat dankzij die Franse
taal toch nog heel mooi klinkt. En concreet willen ze heel veel, die
europese theaters. Zo moeten de nationale theaterinstituten beter
worden gesubsidieerd, en moeten belastinggrenzen worden opgeheven,
moeten theatervoorstellingen met Europees geld worden boventiteld en
moet er meer geld naar een Europees vertalingenfonds.

Allemaal goed en wel,
maar het snijdt weinig hout. Het enige dat wel hout snijdt is het
pleidooi voor het onttrekken van het theater aan de algemene Europese
wetgeving. Dat wil zoveel zeggen als dat theater iets blijft waar het
eigen land alles over te zeggen heeft, en dat het steunen van een
gezelschap met subsisdie niet onder de Europese mededingswet valt,
die dat soort overheidssteun eigenlijk verbiedt.

Vreemd genoeg hoop ik
nu eens voor het eerst dat die Europese politici in Thessaloniki eens
gaan doen waar wij ze altijd al van verdenken, namelijk lekker in de
zon zitten en veel chamopagne drinken. Heeft Cees van Leeuwen ook nog
een gezellig uitje en wordt er helemaal niets besloten. Want dat
alles bij het oude blijft is iets waar ik als hardnekkig voorstander
van ‘Europa’, maar vooral als theaterliefhebber, erg op
hoop. We krijgen het als cultuurmensen toch al zwaar genoeg met
Balkenende II.

Blij mee? Doe me een donatie!
Become a patron at Patreon!

Wil je hulp bij het schrijven, of gewoon een keer advies over je project? Stuur me een mailtje.

, ,