Honden lusten geen
brood van toneel
‘Dank u, lieve Heertje,
voor weer een dag dat ik vier man voor lul zetten mag’. Zo stond het
er, echt. Zegt nu zelf. Is dit niet meer dan genoeg reden om een
geschrift direct aan de vlammen prijs te geven? Is dit niet
godslastering in zijn ergste verschijningsvorm? Naar de brandstapel
ermee.
Twee weken geleden
gebeurde het. Het eerst in Kampen. Bestuurders van de provincie
Overijsel hadden bedacht dat het leuk zou zijn als alle scholieren in
de provincie een boekje kado zouden krijgen. Dat doen ze al jaren,
daar, en dit jaar werd het Boekgeschenk gemaakt door Peer Wittenbols.
De dichter en vaste huisschrijver van het Oost-Nederlandse gezelschap
Toneelgroep Oostpool zou een mooi stuk schrijven. En dat deed hij.
Hij bewerkte de
klassieke mythe van Atalanta, een verhaal over een door de beren
opgevoed meisje dat uitgroeit tot de felstbegeerde maagd van het
land. Alle mannen willen trouwen met Atalanta, maar zij vindt mannen
niets. Ze wil slechts trouwen met iemand die haar in een wedren
verslaat, en dus trouwt ze niet, want ze is de snelste van de hele
wereld. Totdat er een man in haar leven verschijnt op wie ze verliefd
wordt.
Atalanta is een
prachtig stuk geworden. Ik heb het nu al een paar keer gelezen en nog
steeds gaat het in één adem uit. Het is ook niet lang:
krap een uurtje en je hebt het uit. Een dwingend ritme, prachtige
taal en die typisch onderkoelde humor die van Peer Wittenbols
inmiddels al één van de beste toneelschrijvers van
Nederland heeft gemaakt.
Maar wat gebeurt er dus
in het oosten? Diverse christelijke scholen hebben het boek in de ban
gedaan. De school in Kampen die het cadeau terugstuurde naar de gever
ging er eigenlijk nog het netst mee om. Andere scholen hebben de hele
uitgereikte oplage door de papierversnipperaar gegooid, met
achterhouding van één exemplaar voor de leraar
Nederlands, die zich kennelijk stiekem aan het inderdaad tamelijk
lichamelijk uitgevoerde kaft wil verlustigen. Andere scholen hebben
de Christenunie ingeschakeld om op het hoogst denkbare niveau te
protesteren tegen dit cadeau en ervoor te zorgen dat ze in de
toekomst van dit soort blasfemie verschoond mogen blijven. En het
dreigt ze nu te gaan lukken, omdat De Provincie zich geen rel kan
permitteren.
De reden voor al die
woede? Één versregel in een verder keurige tekst. Een
versregel bovendien, die op geen enkele manier godslasterlijk kan
worden genoemd. Slechts de combinatie van het woord Heertje met ‘lul’
is voldoende om het de vrome bloedhonden rood voor ogen te laten
worden en direct een fatwa uit te spreken.
Hoe meer Nederland zich
druk maakt over fundamentalisten in landen waar de zon langer schijnt
dan hier, hoe minder we schijnen te letten op de massieve kruisbalk
in ons eigen oog.
Zou God het zo gewild
hebben?