Schrijver, staar je niet blind op de waarde die je schept. Let vooral op de waarde die je toevoegt.


In den beginne schiep God Hemel en Aarde. Of, erger nog, in den beginne was Het Woord. Sta je dan, als schrijver. Of het nou om boeken gaat, een beleidsnota voor je bestuur of een stukje op je weblog: als schrijver win je het nooit van God, omdat volgens de christelijke traditie God het eerste woord was. Elk woord dat daarna kwam is niet meer origineel, al eens gedaan, en hoe dan ook beter gedaan. Wie durft al schrijvend de competitie aan met God? Niemand. Een enkeling misschien. In het diepst van zijn gedachten.

Het is dus verschrikkelijk om ‘scheppend’ kunstenaar te zijn. Omdat er altijd iemand is die het eerder, en beter, gedaan heeft. Ook voor de goddelozen onder ons is die grote voorganger altijd oppermachtiger en onsterfelijker dan jij. Enter: the inner critic. Je komt helemaal nergens meer toe. Je kunt alleen maar wachten tot het over gaat. Of hem omarmen.

Een kunstenaar is geen god

Je kunt het ook anders zien. Scheppen mag een onmogelijke opgave lijken, maar dat moet je dan ook vooral overlaten aan de oppermachtigen. Gooi die verantwoordelijkheid van je af. Een kunstenaar is geen God. Hij schept namelijk niets. Een kunstenaar voegt slechts waarde toe aan wat al bestaat. Marmer bestaat al, de kunstenaar hakt er een beeld uit, of rangschikt het op een bepaalde manier. Het blok marmer wordt meer waard. In strikt economische termen heeft de kunstenaar waarde toegevoegd aan het marmer.

Zo is het helemaal als schrijver. Taal bestaat al. Gedachten bestaan al. De werkelijkheid en het leven bestaan al. Alles wat je al schrijvend doet is aan die dingen waarde toevoegen door ze te rangschikken. En dan graag op zo’n manier dat iemand anders er iets aan heeft. Je schept niets, je voegt slechts iets toe.

Met minder verantwoordelijkheid komt opeens je werkplezier terug. Het is het thema van de workshops die ik geef. Als journalistiek schrijver of blogger schep je immers geen waarde, je voegt slechts waarde toe aan iets wat al bestaat. Als je je daar bewust van bent, neemt je creatieve crisis af. Want waarde toevoegen is een stuk overzichtelijker dan waarde scheppen.

Kind kan de was doen

Waarde toevoegen is een concrete handeling. Neem bijvoorbeeld het oude handwerk van de recensie, of het verslag. Iedereen kan dat. Gewoon opschrijven wat er is gebeurd (verslag) en wat je ervan vond (column, blog of recensie). Kind kan de was doen, en kind doet ook de was, want iedereen schrijft en publiceert zulke dingen.

Hoe daarin te overleven? Het gaat er dus om dat je waarde toevoegt, die alleen jij kunt toevoegen. Dat kan je kennis zijn. Dat kan je stijl zijn, je gevoel voor humor of je manier van kijken. Of het feit dat je altijd gelijk reageert als iemand een vraag heeft.

Wanneer je je bezighoudt met de vraag welke waarde je toevoegt, kun je je ook afvragen: voor wie? En vervolgens met de vraag: voeg ik zoveel waarde toe dat diegene daar ook voor wil betalen? Dat zijn best concreet te beantwoorden vragen. Veel concreter in ieder geval dan de vraag: welke waarde schep ik?

Vertel het niet aan de fiscus

Het enige probleem met deze oplossing is dat je dit niet aan de belastingdienst moet vertellen, want voor je het weet gaat die BTW heffen over creatieve prestaties. Daar helpt dan geen lieve god meer aan.

Blij mee? Doe me een donatie!
Become a patron at Patreon!

Wil je hulp bij het schrijven, of gewoon een keer advies over je project? Stuur me een mailtje.

,