De Doden – Nationale Toneel


De Doden niet afgemaakt

Voorstelling: De Doden, naar James Joyce. Regie: Jan Ritsema. Gezien: 15-4, Theater a/h Spui. Tournee t/m 30-5.

Door Wijbrand Schaap

Den Haag – Bij de première was De Doden, de nieuwe productie van Het
Nationale Toneel, nog niet af. De drie spelers schuifelden wat onwennig
langs elkaar heen, en Marjon Brandsma had voor één van de wat
moeilijker passages vier blaadjes tekst op de bar gelegd, zodat ze kon
spieken. Nu zou het best kunnen zijn, dat dit allemaal de bedoeling
was. Immers, Jan Ritsema en Jan Joris Lamers, die respectievelijk
tekenden voor regie en ‘vorm’, houden van dit soort onaf, zoekend
theater.

De Doden is de opvolger van ‘Het’ uit 1986. Die voorstelling maakte
diepe indruk. Twaalf jaar later keert hetzelfde team, aangevuld met
Frieda Pittoors, naar hetzelfde thema en dezelfde vorm terug. In Het
zocht ‘hij’ (Ger Thijs) zijn hele leven vergeefs naar iets (de liefde)
dat hij al die tijd al bezat, in De Doden komt ‘hij’ erachter dat wat
hij dacht te hebben (de liefde) al vanaf de eerste dag niet voor hem,
maar voor een ander was bestemd. Da’s pech hebben.

De voorstelling toont aan dat het truukje niet zomaar te herhalen
is. Kon in ‘Het’ de handeling teruggebracht worden tot de twee centrale
figuren, in De Doden speelt het grootste deel van de handeling zich af
op een society-feestje, waar een enorme hoeveelheid personages en
verhaallijntjes door elkaar loopt. De drie spelers doen al die
rolwisselingen op een manier die we kennen van Discordia. Kan leuk
zijn, maar dan moet je dat wel kunnen.

Het had losjes en licht moeten zijn, zoveel wordt duidelijk. Er had
gelachen moeten worden in dat eerste deel, zodat het einde meer indruk
kon maken. Alleen, die glimlach kwam niet, en je zag aan de spelers dat
ze het merkten. Ik heb zelden een stel acteurs zo gespannen over het
toneel zien lopen. Het werd daardoor nog zwaarder en serieuzer, gênant
bijna.

Nu kan het best zijn, dat ze in hun spel gaan groeien, en dat het
toch nog mooi wordt. Daar is aanleiding voor, zoals te zien is aan de
laatste monoloog van Frieda Pittoors, wiens verhaal van de sneeuw over
Ierland een mooi slotaccoord vormt. Daarmee is het eindapplaus
veiliggesteld. Nu de rest nog. Blijft de vraag of je dergelijk
letterlijk onaf theater moet accepteren van het eerste
repertoiregezelschap van Nederland.

Blij mee? Doe me een donatie!
Become a patron at Patreon!

Wil je hulp bij het schrijven, of gewoon een keer advies over je project? Stuur me een mailtje.