Ontstaansgeschiedenis: Het tournee-idee voor amateurs is niet nieuw. Vroeger bestond er in Nederland Het Landjuweel.


De Onstaansgeschiedenis

Het Landjuweel

Het tournee-idee voor amateurs is niet nieuw. Vroeger bestond er in Nederland Het Landjuweel. Dat was een regionaal georganiseerde competitie voor amateurtoneelverenigingen. In voorrondes werd de beste voorstelling gekozen van een bepaalde provincie. Die kon uiteindelijk meedingen naar een plaats in de slotronde: een groot landelijk festival met ongeveer zes amateurproducties. Één productie kon op dat festival de landelijke hoofdprijs winnen.

In 1982 werd dit Landjuweel voor het laatst gehouden. De tijdgeest leende zich niet voor een “lekencompetitie” voor theatergroepen. Theater — ook amateurtheater — was tenslotte vooral een manier om jezelf kunstzinnig en maatschappelijk te ontwikkelen. In het Landjuweel kwamen alleen de traditionele bolwerken van ouderwets amateurtheater aan bod: kwaliteit was vooral ambachtelijk en gedegen, maar helemaal niet spannend en zeker niet vernieuwend.

Aan het einde van de jaren tachtig was de tijdgeest echter weer zodanig veranderd, dat er opnieuw werd gedacht aan een landelijk festival. Het initiatief hiervoor kwam van het Amsterdamse Theater de Engelenbak. Op het Festival moesten de beste amateurvoorstellingen van het seizoen worden gepresenteerd. Om de vervlakking die een democratische competitie met zich meebrengt tegen te gaan, zou de selectie en jurering voor het Festival in handen moeten komen van deskundigen, zoals dat ook bij het inmiddels opgerichte professionele Theaterfestival gebeurde. Samen met het NCA — dat inmiddels van een sponsor prijzengeld ter beschikking had gekregen — werden criteria vastgesteld, waarmee de selectie kon worden uitgevoerd. Behalve op kwaliteit zou ook worden geselecteerd op coherentie en eigenzinnigheid.

Het eerste festival — in september 1990 — sloeg aan. De resultaten vielen echter tegen. Het niveau van de producties was er sinds het moment van selecteren niet op vooruit gegaan. Volgens Henny van Schaik lag dit vooral aan de lange periode tussen selectie en festival die door de groepen moest worden overbrugd. Er was geen mogelijkheid om hun stuk vers te houden door het in de tussenliggende periode te blijven spelen. Bovendien was het tijdstip van het festival, aan het begin van het seizoen en direct na de zomervakantie, ongunstig voor de deelnemende groepen. In de zomervakantie zijn amateurs op vakantie en hebben daardoor geen mogelijkheid om het stuk opnieuw in juli of augustus te repeteren. Het festival kon dus beter aan het einde van het seizoen worden gehouden, en tegelijkertijd moest er een mogelijkheid komen om geselecteerde voorstellingen door te spelen tot aan het festival.

Daarom besloot men het tweede festival (van september 1991) uit te stellen tot juni 1992. In de tussenliggende periode zou het NCA Amateur Theater Circuit worden opgezet. Daarmee werd de Circuitselectie een voorbereiding op de festivalselectie:

  • “Groepen die aan het begin van het seizoen [voor het Circuit] geselecteerd zijn hebben we de kans gegeven op tournee te gaan om daarmee regelmatig te kunnen spelen en daarmee dus ook nog verder te kunnen groeien en niet die kwaliteit te laten verlopen. En uit die 15 groepen die in het Circuit zaten hebben we weer de zes beste genomen voor het festival”
  • Het NCA Amateur Theater Circuit

    Om voldoende goed, en — zo mogelijk — bijzonder of vernieuwend amateurtheater te kunnen vinden, werden vanaf het begin van het Circuit de selectiecriteria uitgebreid in de publiciteit gebracht. Dit was vooral bedoeld om groepen te motiveren om zich aan te melden. De formulering van de criteria luidde als volgt:

  • “Hoewel een voorstelling van hoge kwaliteit moet zijn, is kwaliteit niet het enige of doorslaggevende criterium voor selectie. Veel waarde wordt gehecht aan de consistentie (coherentie) van de voorstelling: de productie moet op àlle onderdelen (regie, spel, decor, etc.) van niveau zijn. Daarnaast moet er sprake zijn van een zekere eigenzinnigheid of een bijzondere werkwijze op minimaal één onderdeel van (de totstandkoming van) de voorstelling.”
  • Deze visie, waarin de eigenzinnigheid en de bijzondere werkwijze voor het NCA de belangrijkste eigenschappen waren van “voorbeeldig” amateurtheater, heeft het Circuit tot nu toe bepaald. Ze is echter vaak reden geweest voor uitgebreide discussies en misverstanden. Deze misverstanden zijn vooral ontstaan door de impliciete vernieuwingseis die in de criteria te lezen is.

    Aan de ene kant zijn er natuurlijk altijd voor- en tegenstanders van “vernieuwend theater”, aan de andere kant kunnen de termen bijzonderheid en eigenzinnigheid door iedereen anders worden uitgelegd. Iedereen die theater maakt vindt zichzelf op zijn minst bijzonder, en het is ook een kunstvorm, waarin de makers een zekere eigenzinnigheid nooit ontzegd kan worden. Deze factoren bepalen het aanbod van groepen die in het Circuit willen spelen. Hoe het NCA deze criteria echter werkelijk invult, wordt duidelijk uit de selectie: daar ligt de ware visie van het NCA, het onderwerp van deze evaluatie.

    Blij mee? Doe me een donatie!
    Become a patron at Patreon!

    Wil je hulp bij het schrijven, of gewoon een keer advies over je project? Stuur me een mailtje.